1 september 2022 – Iedere advocaat-stagiair(e) die vanaf 1 maart 2021 is begonnen met de vernieuwde Beroepsopleiding Advocaten is verplicht de basistest van de Nederlandse Orde van advocaten af te leggen. Deze basistest geeft de advocaat-stagiair(e) goed inzicht in het niveau en de actualiteit van zijn of haar juridisch-inhoudelijke kennis. Als blijkt dat kennis ontbreekt, kan de advocaat-stagiair(e) die kennis bijspijkeren door middel van (bijvoorbeeld) inhoudelijke cursussen.
Naast de 60 gesloten vragen over bestuursrecht, strafrecht en privaatrecht heeft de Orde van Advocaten inmiddels ook het hebben van gedegen kennis van Latijnse uitdrukkingen verplicht gesteld. Met een test over de betekenis van 100 Latijnse uitdrukkingen wordt de professionaliteit van de advocaat-stagiair(e) getoetst. Hoewel het Nederlandse volk al vaak haar twijfels heeft geuit bij de toegankelijkheid van de rechtspraak en het (vanzelfsprekend) van belang is dat iedereen begrijpt waar de rechtszaak en uitspraak over gaan, is de Orde van mening dat Latijns jargon binnen de advocatuur juist de professionaliteit van de advocaat bevestigt. Want zeg nou zelf: een advocaat kan toch niet écht serieus genomen worden zónder het op meerdere momenten uitroepen van diverse Latijnse spreuken als “quod non!”, “pacta sunt servanda!” en “necessitas frangit legem!” tijdens zijn of haar pleidooi. VENI, VIDI, VICI!